De eerste week op de middelbare school is voorbij. Het huishouden moet plotsklaps anders georganiseerd worden. Waar hij op de basisschool met een flesje water en een broodje of een banaan in zijn tas om 8.20 uur de deur uit ging, is er nu een hele planning nodig om tot dat moment te komen. En die planning begint de avond ervoor al. Kleding klaar leggen, erop toezien dat hij zijn tas inpakt, huiswerk controleren, rooster controleren op uitval, instructies geven hoe hij op 9292OV kan checken wat de beste route naar school is. Om 8.00 uur in de ochtend heb ik al het gevoel dat er een halve dag op zit. In werkelijkheid is dat pas twee uur en moet mijn dag nog beginnen.
Hij maalt er niet om. Alles is leuk. Behalve naar school gebracht worden door je moeder, een lunchpakketje meenemen (want er is een kantine, een bakker, een kaasboer en niet één maar twee Albert Heijn-filialen om de hoek bij school) en je moeder bellen als je uit school bent. Dat gaat dagelijks gepaard met een hoop gezucht, gesteun en gemopper.
Ik vind het onvoorstelbaar hoe een kind in één oogwenk kan veranderen van een jochie uit groep 8 naar een typische brugklasser/puber.
Een compleet andere houding en ander taalgebruik (lees: bijdehand) inspireerden mij om dit blogartikel te schrijven en de meest opvallende en meest gehoorde uitspraken en vragen van de afgelopen week met jullie te delen.
Dit zijn ze:
1. Jaaaaaaaa!
Vergis je niet. Dit is geen enthousiaste ‘JA’, maar een zeer verveelde ‘jaaaaa’. Als in ‘wat zeik je nou?’ Niet dat hij dat durft te zeggen, want dan gooi ik hem van twee hoog op het dak van de Dirk van de Broek. De ‘jaaaa’ is overigens vaak in combinatie met rollende ogen.
2. Vertrouw je me niet?
Als het gaat om reizen met het OV in Amsterdam. Hij is kennelijk vergeten dat hij op de eerste schooldag bijna vergat uit te stappen en ik, die er op stond om mee te reizen, hem eraan moest herinneren dat wanneer hij nu niet zou uitstappen in Oost zou belanden in plaats van in Zuid. Nee Moos, ik vertrouw je niet. Nog niet. Daarnaast vertrouw ik het overige verkeer niet, dus wil ik eerst weten of je goed verkeerssituaties kan inschatten.
3. Dat kan ik heus wel!
Slaat ook weer op het OV. Alleen met je nieuwe vrienden reizen is natuurlijk superleuk en retespannend. En hoe langer je bij elkaar in de tram of metro zit, hoe beter. Dat je dan de halve stad door moet om thuis te komen is dan even bijzaak. Je vindt jezelf een grote jongen, dus you can handle this.
4. Dat kan ik toch allemaal niet?
Ja, en dan moet je ineens je eigen zaken regelen. Zoals opnieuw je inloggegevens opvragen voor het leerlingvolgsysteem. Nadat je er drie keer aan herinnerd wordt, ben je er helemaal klaar mee en gil je dat het allemaal teveel wordt. Eigenlijk wil je zeggen ‘mam, fix jij het even.’
5. Sorry, ben je boos?
Ook al tig keer gehoord. Tegen de afspraken in een andere route nemen naar huis, met je maten de tram uitgestuurd worden wegens geluidsoverlast (uiteraard onterecht volgens hem), een half uur te laat thuis komen en vervolgens de telefoon niet opnemen. Meanwhile denk ik dat je bus 21 richting Geuzenveld hebt genomen in plaats van Centraal Station of van je telefoon bent beroofd. Achteraf heb je voor alles een excuus.
Als ik ’s avonds in de spiegel kijk zie ik de grijze haren alweer verschijnen. En dan te bedenken dat het schooljaar net is gestart.
1 Comment
Hahahahaha….OMG hylarisch jouw stukken.
Ga zo door. Ik spaar je de details over 18-jarigen. Geloof me dit is bij jou pas het begin. Loslaten begint vanaf nu…..
Mama’s jongetje wordt groot. In ALLE opzichten groot……???