Dunyalar: Elveda/Afscheid

Elveda is het Turkse woord voor afscheid. Veel Turkse muziek gaat over afscheid nemen. Afscheid nemen van geliefden, familie om naar het verre vreemde te gaan. Grote onoverbrugbare afstanden waar bergen en zeeën tussen zitten. Het gaat hierbij niet alleen om de afstand in kilometers, maar ook over afstanden in contact met de ander. Afscheid hoort bij het leven. Het ene afscheid is definitief en het andere is tijdelijk.
Mijn eerste afscheid was dat van mijn ouderlijk huis. Ik was zestien. Het was een regenachtige dag in oktober. Ik had een witte jurk aan die drie maten te groot was. Ik ging trouwen met de oudste van drie zoons en de andere schoondochters moesten te zijner tijd ook in diezelfde jurk trouwen. Kleiner maken kon met veiligheidsspelden, groter maken was ingewikkelder. Het moest vooral praktisch zijn. Ik was bij de kapper geweest en was voor het eerst opgemaakt. Make-up was bij ons thuis uit den boze en ik durfde niet in de spiegel te kijken. Bij het zien van mijn spiegelbeeld herkende ik mezelf niet. Mijn hoofd waar dagelijks een hoofddoek om zat, was nu omlijst met geföhnde haren. Mijn ogen waren met zwart aangezet en de lippen rood gestift. Met een sluier van tule werd mijn gezicht bedekt, die bij aankomst in de trouwzaal door mijn bruidegom naar achteren geslagen zou worden.

Het begon ongeveer zes maanden ervoor. Ik was gespot op een bruiloft en op een doordeweekse avond kwam een echtpaar op visite. Ik was behoorlijk geïrriteerd en moest me gedragen zoals de meeste huwbare meisjes van mijn leeftijd in die tijd. De volgende dag hoorde ik dat mijn vader deze mensen had weggestuurd. Hoe haalden ze het in hun hoofd om mijn hand te vragen zonder de aanwezigheid van hun zoon. Ze moesten de vrijdag daarop terugkomen. Mijn moeder belde meteen opgewonden mijn broer en zus en eiste dat zij ook zouden komen op deze dag. Toen het eenmaal vrijdag was hadden we een huis vol visite. Mijn broer, zijn vrouw en drie kinderen, en mijn zus haar man en hun dochtertje. Ook de buren die toevallig langskwamen. Toen de bel ging kwamen er ongeveer acht voor mij vreemde mensen binnenlopen. Ritueel is dat ik als bride-to-be, de ouderen een handkus gaf en de jongere mensen een hand gaf.

Afscheid hoort bij het leven.

Stel je eens voor, je bent zestien en je ziet de persoon voor wie jij bent uitgekozen voor het eerst. In een woonkamer van twaalf vierkante meter, met nog eenentwintig andere mensen. Iedereen in die woonkamer kijkt naar hem en mij om onze gezichtsuitdrukking te lezen. Mijn moeder die nooit met mij over jongens sprak begon te gissen. ‘Het is wel een heel knappe jongen, vind je niet? Hij zit nog op school en gaat automonteur worden. Dat is wel een goed beroep. Hij kan later goed voor zijn gezin zorgen, vind je niet?’ Ik had geen idee, want ik had hem niet gezien. Ik durfde niet zijn blik op te zoeken en had zijn stem niet gehoord. Na de verloving merkte ik dat hij sliste, dat hij mooie groenbruine ogen, en heel steil donkerblond haar had. We spraken niet tegen elkaar, maar wisselden woorden, via onze ouders. Ik had geen flauw benul waar ik in stapte.
Het moment van het afscheid werd pas de volgende ochtend voelbaar toen ik wakker werd in het andere huis. Ik was niet meer de jongste dochter maar de vrouw van de oudste zoon. Mijn nieuwe rol was mij vreemd en ik kon mijn draai niet vinden. Naarmate de dagen verstreken werd mijn verlangen naar het huis van mijn ouders groter en mijn interne onrust groter. De onzichtbare ketens zaten stevig om mijn pols. Het afscheid van mijn ouderlijk huis als dochter des huizes viel in de categorie niet definitief. Meerdere malen heb ik de veiligheid van mijn ouderlijk huis opgezocht en ook ontdekt dat als je eenmaal bent uitgevlogen je vervreemdt van die plek.

In mijn persoonlijke leven heb ik niet altijd invloed op het moment dat een afscheid zich aandient. Wel word ik steeds vaardiger om een afscheid een plek te geven. Met vallen en opstaan heb ik leren loslaten en ook gemerkt dat er dan ruimte ontstaat en de ander waar je afscheid van neemt tot nieuwe inzichten kan komen.
In mijn professionele leven werkt het gelukkig anders. Ik kan helemaal gaan voor een klus die ik doe. Tweehonderd procent met passie en bevlogenheid. Dat er een moment van afscheid komt, weet ik ver van te voren, ik laat me er niet door verrassen en creëer mijn eigen pad en route. Niet iedereen kan dat waarderen, maar bij een afscheid hoort ook de durf om voor de goede zaak of voor jezelf te kiezen. De angst voor een nieuw begin kan de afscheid vertragen of bemoeilijken. Wat mij helpt is bij het wrange gevoel van afscheid de joy van een nieuw begin ook binnen te laten komen. In het hier en nu zit ik in midden in deze overgangsfase en heb ik er volledig vertrouwen in dat de volgende stap me dichter brengt bij mijn passie. Het dromen kan beginnen!

Fijne zondag en tot volgende week!

1 Comment

Laat een bericht achter

Navigeer